Berlijnse bollen maken tijdens de workshop bakken
Heb jij al eens zelf Berlijnse bollen gemaakt?
De deelnemers aan de workshop bakken van gisteren hebben al eens kunnen oefenen en leerde de kneepjes van het vak. Het is niet zo moeilijk om zelf te maken. Alhoewel, die mooie, ronde bolletjes vormen van het gistdeeg bleek toch niet zo makkelijk te zijn als het leek.
Berlijnse bollen worden gefrituurd en daarna opgevuld met confituur, vanillepudding of met zelfgemaakte banketbakkersroom. Een echte Berlijnse bol herken je aan de witte rand in het midden.
Nu heb je vast en zeker ook zin gekregen om je tanden te zetten in zo een lekkere, zachte Berlijnse bol? Ik toon je hoe je ze maakt.
Wat heb je nodig?
Voor 20 Berlijnse bollen: 500 g bloem – 25 g verse gist – 225 ml water – 1 ei – 5 g zout – 40 g boter – 40 g suiker
Om af te werken: bloemsuiker of raftisnow
Om te vullen: banketbakkersroom en/of veenbessencompote
Banketbakkersroom: 1 l melk – 250 g suiker – 90 g vanillepoeder – 2 eigelen
Veenbessencompote: 1 zakje verse veenbessen – suiker naar smaak
Hoe maak je het?
Maak eerst de banketbakkersroom. Dan heeft die voldoende tijd om af te koelen.
De banketbakkersroom
Breng ¾ van de melk aan de kook met de suiker. Meng de overige melk met de eigelen en het vanillepoeder en roer goed door.
Doe hierbij een deel van de kokende melk. Roer door en voeg opnieuw bij de overige melk in de kookpot. Laat het mengsel nog eens goed doorkoken tot alle schuim verdwenen is. Laat de banketbakkersroom afkoelen onder plastiekfolie.
Klop de banketbakkersroom voor gebruik nog even glad in de keukenrobot of met een handmixer. Vul er een spuitzak mee.
Veenbessencompote
Ik vond het wel lekker en kleurrijk om er ook een lepeltje veenbessencompote tussen te doen.
Hiervoor spoel je de veenbessen en doe je ze in een kookpot. Voeg naar smaak suiker toe. Laat ze op een zacht vuurtje open ploffen.
Zeef de compote. Schraap ook goed de onderkant van de zeef af.
De Berlijnse bollen
Met de keukenrobot: Doe de bloem, de gist, het water, het ei en de boter en de suiker in een mengkom met deeghaak. Kneed het deeg een 2-tal minuten. Voeg het zout toe. Kneed nog 5 minuten verder tot het deeg een mooie, homogene bal vormt.
Met de handen: Doe de bloem in een grote kom. Los de gist op in 1 dl lauw water (van de 225ml water). Maak een kuiltje in de bloem. Doe er het ei in, de opgeloste gist en de rest van het water. Kneed het deeg door. Voeg de zachte boter toe en de suiker. Kneed verder. Voeg tenslotte het zout toe. Kneed zolang tot het deeg niet meer aan je handen kleeft en een mooie, homogene bal vormt.
Laat het deeg, afgedekt met een propere handdoek, een halfuurtje rusten tot het in volume verdubbeld is.
Verdeel het deeg in 20 gelijke stukken.
Bol ieder stuk, met je handpalm, in een draaiende beweging tot een ronde bol.
Schik de bolletjes op een schotel met bakpapier, bestrooid met wat bloem. Leg er een propere, droge handdoek over. Laat de bolletjes een half uurtje rijzen op een warme, tochtvrije plaats.
Frituur de bollen op 180°C gedurende 3 à 4 minuten aan elke kant.
Zie je de witte rand in het midden?
Neem de bollen uit de friteuse en laat ze uitlekken op keukenpapier.
Als ze voldoende zijn afgekoeld, snijd je ze middendoor en vul je ze met banketbakkersroom.
Ik deed er ook nog een lepeltje veenbessencompote op.
Strooi er bloemsuiker of raftisnow over.
Ken je raftisnow?
Raftisnow is een fijn, wit decoratiepoeder, gebasseerd op icing sugar. De suiker is gecoat met plantaardig vet en zetmeel. Raftisnow smelt niet, is diepvriesbestendig, blijft wit en poederachtig en is strooibaar.
Hey Carine, dank je wel. De raftisnow kocht ik bij een bakkraam op de markt.
Ik ga ze zeker maken zag er lekker uit nu ik het recept heb
heerlijk zeg zien ze eruit!
en ja, ik ga ze zeker eens proberen!
liefs
Dank je wel. Hier thuis hebben ze er ook van gesmuld.